Prehistorische vondst op ons oude veld

0
1

archeologieArcheologen hebben in de grond van ons oude korfbalveld aan de Staringlaan zo’n 150 vuurstenen werktuigen en een vuurkuil aangetroffen. Of de geplande woningbouw doorgaat is nog onzeker.

Bijna vijf jaar geleden verhuisden wij van ons grote veld aan de Staringlaan naar het nieuwe kunstgrasveld aan de Henriette Blaekweg. De woningen die op ons oude veld gebouwd zouden worden, staan er nog altijd niet. En nu er archeologische vondsten uit de Midden-Steentijd (9000-5000 v. Chr.) zijn gedaan, is het onzeker of er überhaupt gebouwd gaat worden.

De vondsten hebben niet eens diep onder ons veld gelegen. Al op 30-40 centimeter diepte zijn vuurkuilen met vuurstenen gevonden. De pinnen onder de voeten van onze vroegere korven, kunnen dus makkelijk zo’n steen geraakt hebben.

Het AD publiceert vandaag een uitgebreid artikel over deze unieke vondst:

Unieke vondsten uit Steentijd
Archeologen vinden 150 vuurstenen werktuigen

 

Archeologen en de gemeente Soest zijn lyrisch over een zeer bijzondere vondst in de bodem van een voormalig korfbalveld aan de Staringlaan in Soest. Daar zijn zo’n 150 vuurstenen werktuigen en een vuurkuil aangetroffen uit de Midden-Steentijd (9000-5000 v. Chr.). Dat duidt op een bivak van jager-verzamelaars uit die tijd.

Die zijn zeldzaam in Nederland. ‘Amersfoort kan wel trots zijn op z’n middeleeuwse oorsprong, maar wij hebben tenminste een stuk geschiedenis,’ grapt wethouder Harry Witte. Museum Oud Soest is al hevig geïnteresseerd in het inruimen van een plekje met de vuursteenvondsten van de Staringlaan. ‘Met een powerpointpresentatie of een filmpje erbij, ik zie het helemaal zitten,’ zegt woordvoerder Cees Vos.

Omdat er op het korfbalveld woningen komen, zijn archeologen zoals gebruikelijk eerst gaan onderzoeken of de bodem archeologisch interessant materiaal bevat. ‘We stuitten al snel op een vrijwel intacte bodem, die niet door mensen is bewerkt. Ons hart begon toen al sneller te kloppen,’ zegt archeoloog Milo Verhamme van het Centrum voor Archeologie in Amersfoort.
Vuurstenen zoals pijlpunten, boortjes, stekers en schrabbers uit die tijd zijn wel vaker gevonden maar bijna nooit rond duidelijke sporen van verblijf. In de Soester duinen zijn ooit ook enkele vuurstenen gevonden. In de provincie Utrecht is de vondst volgens Verhamme absoluut uniek. Naast de haardkuil, waarvan de houtskoolresten nog moeten worden gedateerd met de C14-methode, werden nog enkele kuilen gevonden met vuurstenen erin. Dat was op 30 tot 40 centimeter.

Dergelijke werktuigen zijn kenmerken voor de Midden-Steentijd, vertelt Verhamme. ‘In de Oude Steentijd renden mensen nog achter mammoeten aan om hem met z’n twintigen uit elkaar te scheuren. 150.000 jaar geleden, kwam het ijs uit het noorden en werd alles ondergeschoven. Daarna veranderde het landschap en moesten mensen op kleinere dieren en vogels jagen, vanaf zo’n beetje 9000 jaar voor Christus.’

De vondsten, waar ook twee kuilen met vuurstenen bij horen, en interessante bodemverkleuringen kwamen naar boven tijdens het graven van een vijftal proefsleuven op het 6500 vierkante meter grote grasveld. Er zijn ook twee karrensporen gevonden uit de Middeleeuwen, niet later dan de 14e eeuw, en een ploegspoor, glas en aardeweek uit de 19e en 20e eeuw.

Uit de Midden-Steentijd is het Hoetmansmeer in de provincie Groningen de beroemdste: daar zijn in 1982 vijfhonderd haardkuilen gevonden met pijlpunten. Verreweg de meeste prehistorische vondsten in Nederland, zoals grafheuvels en hunebedden, dateren van de Nieuwe Steentijd (5000-2000 v. Chr.), toen mensen niet meer rondtrokken maar zich vestigden als veehouders en landbouwers. Uit de Oude Steentijd (300.000-9000 v. Chr.) is vrijwel niets gevonden in Nederland. Dat ligt onder een dikke zandlaag die de 150.000 jaar geleden door oprukkend ijs over Nederland werd geschoven.

De gemeente Soest moet nu beslissen of de vondsten blijven liggen. Als ze dat doet, mogen op de vindplaatsen geen huizen worden gebouwd. Er zijn 23 woningen gepland, die projectontwikkelaar Cees Boerkoel daar wil bouwen. Een andere optie is de vondsten uit de bodem te halen. De verwachting is dat er elders op het terrein nog meer sporen kunnen worden gevonden. Het opgraven daarvan is zeer arbeidsintensief en gaat minimaal 100.000 euro kosten.

Verhamme is persoonlijk voorstander van het met rust laten van de bodem. ‘Misschien vinden de generaties na ons met nieuwere technieken nog veel meer interessante informatie. We moeten ook wat nalaten aan hen,’ zegt Verhamme. De vondst in Soest vindt hij een enorme toevalstreffer. ‘Het is alsof iemand een schot hagel heeft afgevuurd, die wijd verspreid ergens terecht komt, en je vindt dan één spoor ervan,’ zegt hij.

Voor de geïnteresseerde is er aan de Staringlaan vrijwel niets te zien zonder toelichting. Om te voorkomen dat mensen naar meer vuurstenen gaan graven, heeft de gemeente een hek rond het terrein geplaatst.

Bron: AD, 17 januari 2014
Auteur: Piet van Dijk