Oefenen voor het Schoolkorfbaltoernooi

korfbaliedereendoetmeeNatuurlijk wil ieder team goed voor de dag komen tijdens het Schoolkorfbaltoernooi. Daarom zijn hieronder tips met betrekking tot het materiaal en de belangrijkste spelregels tijdens het toernooi te vinden.

Materiaal
Niet alle sportaccommodaties beschikken over korfbalballen en korven. Om toch te kunnen oefenen volgen hier een paar praktische tips.

Ballen: in plaats van korfbalballen kunnen ook voetballen, mini-basketballen, rubberballen en/of plasticballen gebruikt worden. Een korfbalbal op het toernooi heeft het formaat K4.

Korven: baskets, hoepels die geklemd en met tape bevestigd zijn aan de klimwand of geknoopte klimtouwen. Een korf op het toernooi heeft voor de groepen 5 en 6 een hoogte van 2,50 meter en voor de groepen 7 en 8 een hoogte van 3,00 meter.

De belangrijkste spelregels tijdens het toernooi
– De scheidsrechter heeft altijd gelijk.
– Je mag niet lopen/dribbelen met de bal.
– Je bal mag niet uit de handen van een andere speler tikken/pakken.
– Je mag niet duiken op/naar de bal.
– Je mag niet buiten de lijnen of op de lijn staan als je de bal in je handen hebt.
– Fysiek geweld is verboden: je mag niemand slaan/schoppen.
– Verbaal geweld is verboden: je mag niemand niet uitschelden.
– Je mag niet schieten op de korf als je verdedigd wordt. Verdedigd wil zeggen: één tegenstander staat tussen de aanvaller en de korf in; hij/zij kijkt de aanvaller aan en staat zo dichtbij (rechtop staand) dat hij de aanvaller kan aanraken en hij heeft een of twee handen omhoog.
– Je mag niet met meerdere mensen de balbezitter verdedigen. Slechts één persoon mag de balbezitter het samenspelen moeilijk maken en het schieten verhinderen.
– Jongens mogen alleen jongens verdedigen. Meisjes mogen alleen meisjes verdedigen.

Als iemand schiet (een doelpoging doet) en de verdediger loopt hem omver of slaat hem op de handen of armen, dan krijgt de aanvaller een strafworp. Een strafworp is een vrije doelpoging op 2,5 meter afstand. Ook als een jongen een meisje verdedigt bij een doelpoging of andersom, mag de aanvaller een strafworp nemen.